woensdag, juli 01, 2009
De mooiboy-misvatting
zondag, juni 28, 2009
Zomermuziek
Zo'n liedje met een gitaar, rustige begeleiding en een melodie die je weg laat dromen. Zo'n liedje als hieronder, van de Argentijnse band Los Enanitos Verdes.
woensdag, juni 24, 2009
Shirtjesoorlog
Het sportmerk Nike, wereldwijd marktleider op het gebied van sportproducten, zal in haar handen geknepen hebben met het affiche van de afgelopen Champions League-finale. Twee teams die met de bekende swoosh op de borst liepen, namen het tegen elkaar op in de meest prestigieuze clubwedstrijd ter wereld. Voor Nike was dit een reden om twee nieuwe presentatiejasjes te ontwerpen, die doorgingen op de moderne retrolook dat het merk sinds het WK van 2006 geïntroduceerd heeft. Het betrof twee jasjes met een subtiele, dunne V-streep op het torso.
maandag, juni 22, 2009
Verliezen om te winnen
- Robert N.C. Nix
Verliezen om te winnen
De in Goirle geboren Mathieu Hermans was vanaf het midden van de jaren ’80 een bovengemiddelde sprinter in het profpeloton. Hij floreerde in dienst van Spaanse ploegen als Seat en Caja Rural en het mag dan ook geen wonder heten dat veel van zijn successen behaald werden op Spaanse bodem. Hermans had echter net als vele andere Nederlanders maar één echte droom: een rit winnen in “la Grande Boucle”, de Tour de France.
Tijdens zijn eerste van vijf deelnames, in 1986, moest Hermans echter opgeven vanwege een sleutelbeenbreuk. Het jaar erna mocht hij de rode lantaarn in ontvangst nemen, een prijs voor de laatste plaats van het klassement. Deze prijs is meer prestigieus dan hij op het eerste gezicht lijkt, want zo’n vermelding was goed voor een hoger tekengeld in de criteriums.
Toen in 1988 de Tour overstelpt werd met Nederlands succes (Panasonic, Steven Rooks, Jelle Nijdam), wilde Hermans ook een gooi naar de eer doen. Helaas voor hem was er nog een Nederlandse sprinter met een neusje voor ereprijzen. Jean-Paul van Poppel won die Tour vier keer een rit, waaronder de fameuze eindsprint op de Champs-Elysées, en liet Hermans keer op keer achter als verliezer. Hermans kon zelfs zijn rode lantaarn niet prolongeren, doordat hij “slechts” 147e werd van de 151 gefinishte renners.
Hierop revancheerde hij zich door in de daaropvolgende Vuelta maarliefst zes ritten te winnen, iets wat nog altijd een Nederlands record is. Wanneer de Tour van 1989 dan aan de beurt is, grijpt Hermans zijn kans. Op 12 juli, in de elfde etappe met aankomst in Blagnac (net boven de Pyreneeën) was het definitief raak voor Hermans. Echter, alsof het lot met hem speelde, had deze etappezege er tot de laatste bocht niet ingezeten. De Belg Rudy Dhaenens was gevlucht uit het peloton en leidde tot op dat moment de race, totdat hij in deze laatste bocht een smakkerd op het asfalt maakte. Alsof de goden wilden zeggen, vandaag is onze Mathieu aan de beurt. De Tour van 1989 kende nog eens een succes voor Hermans, doordat hij voor de tweede keer de rode lantaarn mee naar huis mocht nemen. Hiermee was hij tot de Tour van 2008 gedeeld recordhouder en dus eindelijk een winnaar.
Hermans reed zijn laatste Tour in 1990, waarna hij in 1993 het profwielrennen voor gezien hield. Recent kwam hij in het nieuws, doordat hij tegenover Mart Smeets impliciet toegaf tijdens die voor hem zo succesvolle Tour van 1989 EPO te hebben gebruikt. Was de coureur Hermans, die misschien gebukt ging onder zijn Tour de France-faam van eeuwige verliezer, zo’n hopeloos geval dat hij zijn toevlucht zocht in verboden middelen?
Het antwoord is nee, dat was hij niet. EPO was in die tijd nog niet verboden en kon dus naar hartenlust gebruikt worden, het zat in een vergelijkbare fase als de CERA die dopingcontroleurs pas bij de vorige Tour de France konden opsporen. Iedereen gebruikte het, de een wat meer dan de ander. Zoals collega en winnaar van het combinatieklassement Steven Rooks het zei: “Je moest wel als je mee wilde in de top.” Vandaag de dag is dat niet anders, dat kan ik u verzekeren. Het wielrennen is een sport geworden waarin niets meer te winnen is, maar des te meer te verliezen.
Tegenwoordig is Mathieu Hermans werkzaam als wielercommentator.
woensdag, juni 03, 2009
In Cleveland staat een handelshuis
Blijkbaar hoor je na een verlies als zaterdag tegen Orlando je tegenstander hartelijk te feliciteren met zijn plek in de finale. Doe je dat niet, dan sta je voor paal voor heel het land, en misschien nog wel ver daarbuiten. Het is het hypocriete Amerika op z’n best.
Terwijl er genoten wordt van een harde fout hier en daar in wedstrijden zelf, waarbij de zender van de fout zijn prooi ook nog eens een vuile blik geeft en er wat woordenwisselingen plaatsvinden, is het feliciteren van je tegenstanders onderhand regel nummer één uit het boek van de basketbalethiek.
De mediabelangstelling voor de “misstap” van LeBron James op zaterdag was dan ook overweldigend. Nog steeds vinden allerlei mensen dat hij zich moet excuseren en vooral bescheidenheid moet tonen. Valse bescheidenheid dan wel. Die atleet zit ook vol emoties, vaak van afgunst of teleurstelling, waardoor een felicitatie nooit oprecht zal klinken. Laat de sporter toch lekker zelf uitmaken wat hij doet na afloop, zolang hij zijn eigen team maar niet in de steek laat.
Genoeg daarover. Toen ik eerder over de Cavaliers schreef, zei ik dat ze een goede, ervaren schutter nodig hadden om echt kans te maken op een kampioenschap. Ze maakten echter geen transfer in de daarvoor opgegeven periode, en haalden enkel Joe Smith als back-up voor Ben Wallace. In de playoffs bleek dat ze dat beter wel hadden kunnen doen. Niemand buiten LeBron James en Delonte West had een consistent niveau in ook maar één van de drie rondes die de Cavaliers speelden. De grote mannen van de Cavaliers hadden daarnaast de grootste moeite om hun veel snellere tegenstanders bij te houden. Hierdoor kwam Cleveland met veel kleine spelers te staan, die vervolgens hun driepunters niet konden verzilveren. Dramatisch hoogtepunt was Wally Szczerbiak, die misschien vijf minuten goed speelde in heel de campagne. Diezelfde Wally had als ruilobject gebruikt kunnen worden in de afgelopen transferperiode, om de gewilde, doorgewinterde scorer te halen.
Gelukkig voor de Cavaliers zijn er tal van opties om ze volgend seizoen naar een hoger plan te brengen, en strijdbaarder te maken voor de playoffs. Zo lopen de contracten van Ilgauskas (10,8 miljoen), Szczerbiak (13 miljoen), Varejao (5,7 miljoen), Wright (1,2 miljoen) en Joe Smith (1,2 miljoen) af. Totaal krijgen ze hierdoor een salarispost van 54,1 miljoen, ten opzichte van 91 miljoen van het afgelopen seizoen. Met die ruimte in gedachten, kunnen ze een paar mooie free agents binnenhalen.
Het rijtje met de meest prominente namen bestaat uit Kobe Bryant, Carlos Boozer, Allen Iverson, Ron Artest, Jason Kidd, Shawn Marion, Andre Miller, Lamar Odom, Rasheed Wallace, Charlie Vilanueva en Mike Bibby. Natuurlijk zijn er nog meer namen te noemen, maar laten we allereerst eens kijken naar het team roster van de Cavaliers, zoals dat in 2009 zal zijn in het meest gunstige geval.
Huidig roster
Toekomstig roster
Hier zien we dat rookie Darnell Jackson alleen staat op de power forward, en een steeds ouder wordende Ben Wallace op de center alleen rookie JJ Hickson achter zich heeft. Willen de Cavaliers meedoen om de prijzen, dan moeten ze deze twee posities absoluut versterken. Daarnaast is er door het wegvallen van Wally een extra shooting forward of shooting guard gewenst, om de druk van James af te nemen indien dat nodig is.
Een ruil is alleen gewenst als men Ben Wallace kan betrekken in de deal. Zijn contract, ter waarde van nog eens veertien miljoen euro, loopt na komend seizoen af, waardoor hij een interessante optie is voor ongeveer elk team. In de zomer van 2010 is het namelijk tijd voor de meest getalenteerde groep free agents ooit, aangevoerd door LeBron James zelf. Hierdoor wordt deze zomer al de “Summer of LeBron” genoemd.
Boozer en Andersen
Potentiële krachten voor deze Cavaliers zijn bijvoorbeeld Mehmet Okur (center) en Carlos Boozer (power forward) van de Utah Jazz. Een terugkeer van Boozer naar Cleveland lijkt echter uit den boze, aangezien hij zich niet geliefd heeft gemaakt met zijn eerdere vertrek. Daarnaast is Chris Andersen (center) van de Denver Nuggets misschien een hele nuttige kracht. Na zijn schorsing van twee jaar voor het gebruiken van drugs, is hij vorig seizoen helemaal opgebloeid bij de Nuggets, die zelfs de finale van de Western Conference haalden. Een zekerheidje lijkt het aantrekken van de 31-jarige Shawn Marion (small forward) van de Toronto Raptors. Marion is een speler die op alle plekken kan spelen buiten de point guard, en hij beschikt bovendien over de kracht en de snelheid die de Cavaliers zo missen bij de grotere spelers. Het nadeel is dat hij een exorbitant salaris (17,2 miljoen) verdient, en het is de vraag of hij daarop wil inleveren.
Als laatste belicht ik de twee spelers van de Lakers, Lamar Odom (power forward) en Trevor Ariza (small forward). Beiden staan inmiddels voor de tweede keer op rij in de finale met de Lakers en staan bekend om hun atletische vermogen. Deze combo zou voor de Cavaliers ideaal zijn om toe te voegen aan het team. De vraag is echter of zij weg willen bij de Lakers, die nog kampioen kunnen worden.
Misschien is een nieuwe rits aan spelers niet het enige dat ze nodig hebben. Coach Mike Brown werd dan wel benoemd tot Coach van het Jaar, ik heb hem zelden echte spelvarianten uit zien voeren wanneer zijn team in de aanval is. Wanneer zijn team achter komt, gaat alles op James en blijft de rest veelal aan de kant staan, gedegradeerd tot figuranten die met zijn allen staan te kijken hoe de beste speler van hun team het zaakje opknapt. Met een eenmansaanval win je geen kampioenschappen. Neem een assistent-coach aan die zich specialiseert op aanvallende plannen of plaats een ander voor de groep. Iemand als Sam Mitchell, Terry Porter of Jeff Van Gundy.
Mijn ideale plaatje voor komend seizoen zou er, na veel wikken en wegen, zo uitzien.
Hopelijk roster
Hiermee geven ze relatief gezien weinig uit. Andersen kost Denver nu minder dan een miljoen, Ariza verdient 2,9 miljoen in Los Angeles en (als hij eventueel toch komt) Odom 11,4 miljoen. Vilanueva (Bucks) is goed voor 3,4 miljoen, terwijl de twee spelers van Utah respectievelijk 11,5 miljoen en 8,5 miljoen verdienen. Dit brengt de totale kosten voor dit pakket op 38,7 miljoen. Met de ruil van Ben Wallace inbegrepen, krijgt de totale salarispost van de Cavaliers hierdoor een grootte van 78,8 miljoen, een gezond bedrag.
Met dit team wordt de kans dat LeBron James bijtekent in zijn thuisstaat een stuk groter, omdat dit een team is wat structureel om de prijzen mee kan doen.
Bienvenido Ricardo!
zaterdag, mei 30, 2009
Capo di tutti capi
De oppositie in Italië spreekt schande van de vermeende escapades van president Silvio Berlusconi. Hij zou een relatie hebben met een pas achttienjarig meisje. Het is een prestatie waarvoor de 72-jarige Berlusconi alle lof verdient. Op zijn leeftijd zouden de meesten van ons tegen een uitgezakte Dokter Oetker-kop aankijken die veel wegheeft van een afgesleten grindtegel.
Wel is het niet zo slim van de Italiaan om dit te doen terwijl hij al een vrouw heeft, met wie hij al enige tijd getrouwd is. Aan de andere kant, niemand is perfect.
Zijn vrouw zou nu toch echt van hem willen scheiden. Kan het de man uit Milaan nog makkelijker afgaan? Geen gezeur over hoe dit nu weer uit te leggen, maar gewoon een snelle scheiding en hij kan op weg naar zijn nieuwste verovering. Eerlijk gezegd moet zijn vrouw wel heel erg naïef zijn geweest als ze denkt dat hij de resterende tijd wel trouw geweest is.
Heel Europa heeft wel een mening over Berlusconi en veelal is die mening niet erg positief. Dan wordt hij weer een maffiamannetje genoemd, of een gladjakker, dan een soort dictator. Wie zich van die beschuldigingen bedient, moet zich beseffen dat we te maken hebben met de personificatie van de stereotype Italiaan, een type waarvoor vrouwen in katzwijm vallen. Het is een beeld dat door diverse ervaringen met het Zuid-Europese volk ontstaan is, en nu dus eindelijk gerechtvaardigd. Stereotype af dus, of bevestigt de uitzondering de regel?
Zie Berlusconi dus meer als trendsetter, als visionair, of loverboy avant-la-lettre. Feit blijft dat het mystieke imago van de Italiaan zo blijft bestaan. Mijn naamgenoot van de Ristorante-pizza’s maakt er dankbaar gebruik van.
P.S.: Ben ik de enige die de opzichtige naamsverandering van het puddingmerk irritant vind?
woensdag, mei 20, 2009
When the Tigers broke free
Met een brak hoofd in de bus richting Bolton bekroop mij het gevoel dat ik snel wat goudgeel vocht naar binnen moest werken. Er moest immers uit volle borst gezongen worden tijdens de laatste thuiswedstrijd van de Wanderers. De tegenstander van vandaag, Hull City, kon met een gelijkspel wellicht goede zaken doen in de strijd om directe degradatie. Vandaar dat de uitsupporters in grote getale aanwezig waren en zelfs de hele zuidkant van het stadion innamen.
Aangekomen in de catacomben werd er driftig gezocht naar een goudgele rakker met witschuimende kraag, zoals ze dat in Tilburg zo mooi zeggen. Terwijl de pints met Carling als zoete broodjes over de toonbank gingen, moest er tot grote verbazing geconstateerd worden dat het bier niet mee op de tribune mocht. Een steward vertelde ons dat het agressie op zou wekken. Dan maar even meer dan een halve liter bier wegtikken in vijf krappe minuten, want het begin van de wedstrijd mocht niet gemist worden.
Beneden op het veld waren de Bolton cheerleaders al flink aan het dansen. De ploegen betraden het veld onder luid applaus, met een speciaal warm welkom voor de keeper van de thuisploeg, Jussi Jääskeläinen. Hij speelde op deze dag zijn laatste thuiswedstrijd in de Premier League. Verder waren bekende namen als Elmander, Gretar Steinsson, Geovanni en George Boateng van de partij.
Terwijl er een typisch Engelse sfeer verwacht werd, met aan beide kanten supporters die tot de laatste snik elkaar probeerden te overstemmen, werd Bolton de gehele wedstrijd weggezongen door de fanatieke aanhang van Hull City. Het thuispubliek kwam niet verder dan een repertoire van twee liedjes, die eens in de tien minuten voorbij kwamen.
Het spelbeeld was van eenzelfde kwaliteit. Bolton begon weliswaar aardig, met een paar kansjes voor het doel van Hull, maar van echte dreiging was nog geen sprake. Tot de zesentwintigste minuut, waarin Bolton een dot van een kans om zeep hielp. De afgeslagen bal werd opgepikt door Gretar Steinsson, die onberispelijk binnenschoot, een fenomeen dat ook in zijn AZ-periode wel eens voorkwam.
Na deze voorsprong verzandde het spel van Bolton in het stereotype beeld dat men heeft van het Engelse voetbal. Lange halen, snel thuis, zo zou Mart Smeets het omschrijven. Het was fascinerend en onbegrijpelijk tegelijkertijd om te zien hoe keeper Jääskeläinen steeds maar weer de bal naar voren moest schieten, terwijl het speelveld verkleind werd tot een ruimte van twintig bij twintig meter rond de middenlijn.
Misschien is het daarom dat mijn sympathie meer naar Hull trok, maar het moet gezegd worden, die ploeg probeerde tenminste te combineren. Het was dan ook volledig terecht toen the Tigers twee minuten na de rust gelijkmaakte uit een prima aanval. Hiermee was de wedstrijd eigenlijk zo goed als over. Hull probeerde het nog wel, maar kwam niet door de eenmansmuur die Danny Shittu heet heen. Bolton was op haar beurt niet bij machte om ook maar iets te produceren in de resterende minuten. Zo eindigde één van de meest saaie wedstrijden die ik ooit heb mogen aanschouwen in een 1-1 gelijkspel.
Trouw als ze zijn, bedankte het publiek de spelers, die op hun beurt de supporters bedankten voor de steun het afgelopen seizoen. Mijns inziens is dat meer dan terecht, mochten zij iedere twee weken zo’n drama aanschouwen.
Na de wedstrijd kwamen er nog een aantal Hull-spelers terug op het veld, om de meegereisde supporters die nog in vlokjes over de tribune verspreid waren, te bedanken. Op dat moment werden aan onze kant verschillende liederen ingezet die George Boateng verheerlijkten. George was zichtbaar in zijn nopjes met deze persoonlijke ode en kwam breed lachend naar de noordtribune om ook zijn Nederlandse fans te bedanken. Zo kreeg de saaie wedstrijd toch een prettig einde.
Wat mij het meeste is bijgebleven van deze wedstrijd zijn eigenlijk drie dingen. Ten eerste, het complete gebrek aan lijn in het spel van Bolton. Ik kijk veel te weinig Premier League-voetbal om te zeggen dat dit het normale spelbeeld is, maar misschien moet men eens overwegen om een andere tactiek te hanteren. Ten tweede was er het fanatisme van de uitsupporters uit Hull. Een dik compliment voor de manier waarop ze achter de ploeg bleven staan na de achterstand, het bekende “we are staying up” klonk daarom des te zoeter na het eindsignaal. Ten derde heb ik mij als liefhebber verbaasd over hoe perfect George Boateng in deze stijl van voetballen past. Als stofzuiger op het middenveld was hij keer op keer present met een stevige tackle of een nuttige overname. Alle lof voor deze verder beperkte middenvelder.
Na deze dag moet ik concluderen dat een Premier League-wedstrijd een beleving is die je eens moet meemaken, maar dat ik kan adviseren dat niet bij Bolton te doen. Ga dan naar een club die wel een duidelijke speelstijl hanteert en niet vies is van een combinatie hier en daar. Ga naar een club die fanatieke fans heeft. Ga naar Hull City.